Doelen

Lesdoelen

Onthouden:

  1. Leerlingen kunnen in eigen woorden uitleggen hoe de democratie en het bestuur van Nederland werkt.

Begrijpen:

  1. Leerlingen kunnen standpunten met elkaar vergelijken (verschillen en overeenkomsten).

Analyseren/creëren:

  1. Leerlingen kunnen standpunten van meerdere kanten uit bronnen halen en zelf aan beide kanten argumenten verzinnen.
  2. De leerlingen zijn in staat om tot een overeenstemming te komen, waaruit een partijprogramma voortvloeit, waarbij ze 5 standpunten innemen over de gegeven kwesties.

Tot slot staan leerlingen open voor de mening van anderen en respecteren ze deze. Hiernaast ontwikkelen ze de vaardigheid om samen te kunnen werken en te kunnen presenteren en wordt er beroep gedaan op de spreekvaardigheden van leerlingen. De leerlingen worden uitgedaagd creatief te zijn.

Kerndoelen

  1. De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan.
  2. De leerling leert een eigentijds beeld van de eigen omgeving, Nederland, Europa en de wereld te gebruiken om verschijnselen en ontwikkelingen in hun omgeving te plaatsen.
  3. De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren.
  4. De leerling leert over overeenkomsten, verschillen en veranderingen in cultuur en levensbeschouwing in Nederland, leert eigen en andermans leefwijze daarmee in verband te brengen, en leert de betekenis voor de samenleving te zien van respect voor elkaars opvattingen en leefwijzen.
  5. De leerling leert op hoofdlijnen hoe het Nederlandse politieke bestel als democratie functioneert en leert zien hoe mensen op verschillende manieren bij politieke processen betrokken kunnen zijn.